De geschiedenis van de brandweer Dordrecht

Het blussen van branden was lange tijd een zaak van emmers doorgeven. Rond 1693 werd voor het eerst melding gemaakt van een slangenbrandspuit. Er waren toen 3 slangenbrandspuiten. In 1712 waren er vier verordeningen voor het plaatsen van slangbrandspuiten. Er stond er één bij de Grote Kerk, bij de Beurs (op het huidige Scheffersplein), in het Hof en op het Blauwe Bolwerk bij de ingang van de Wijnhaven. Elke brandspuit had twee commandeurs, twee assistenten, twee pompvoerders en 18 spuitgasten. Dit waren de eerste stappen naar een georganiseerde brandweer. In 1790 waren dit er al 7. Dit aantal groeide tot maximaal 10 slangenbrandspuiten, die verdeeld stonden over de stad. Eén brandspuit werd bemand door 32 man, 2 brandmeesters, 2 assistenten en 28 zgn geaffecteerden. Deze geaffecteerden bedienden de pomp in 2 ploegen van 10 a 12 man die elk steeds een kwartier pompten. Bij de aanbrenger stonden ook 2 man, net als aan de straalpijp. Alle brandweermannen kregen een penning met daarop het stadswapen en het nummer van de pomp waar ze bij hoorden. In geval van brand werd deze penning in een bus gedaan, zodat men kon controleren of de mannen op tijd aanwezig waren. Zowel het aantal brandspuiten als het aantal brandweermannen werd geleidelijk uitgebreid. Zo waren er in 1840 drie brandmeesters-generaal, die allen werkten bij de Stadsfabricage en die elk vier maanden het ambt bekleden. De brandmeesters-generaal hadden diverse manschappen tot hun beschikking. In deze tijd werden er tientallen handbrandspuiten geplaatst door de hele stad.

De eerste stoomspuit kwam in Dordrecht in 1880 en wel op de veerboot Biesbosch IV. Deze stoomspuit werkte tot volle tevredenheid, zo erg zelfs dat een jaar later de Biesbosch II ook een stoomspuit kreeg. De veerboten voeren gewoon hun diensten, maar bij brand aan de waterkant of op een schip werden ze daar ingezet. In 1899 werden de nieuwe veerboten, de Veerdienst I en III, in gebruik genomen. Deze werden gelijk uitgerust met een stoombrandspuit. De Veerdienst III bestaat nog steeds, al is de stoomspuit buiten dienst gesteld.
In 1890 werd na enige discussie naar Arnhems model het kringenstelsel ingevoerd. Dordrecht kreeg vijf binnenkringen en twee buitenkringen.
In 1893 voegde men aan het systeem een alarmbrigade toe. Deze brigade bestond uit personeelsleden van Gemeentewerken die naast hun gewone taak verplicht brandweerman waren. Door wijziging van de gemeentegrenzen en groei van het inwonertal ontstonden de kringen H (1903) en I (1915).
Het systeem bleef tot in de Tweede Wereldoorlog in gebruik.

In 1901 werd de eerste rijdende stoomspuit aangeschaft. Deze werd gestald in het voormalige gesticht voor krankzinnigen aan de Vest. De bediening gebeurde door 1 machinist met hulpmachinist, 2 trompvoerders en  buisvoerder. Op 23 september 1902 kwam de spuit voor eerst in aktie bij een boerderijbrand aan Dubbeldamseweg. In 1947 werd de stoomspuit voor de oud ijzerprijs verkocht. In 1923 kwam de eerste motorspuit, een Magirus met een vermogen van 75 pk en een opbrengst van 750 liter per minuut. In 1924 werd een autospuit aangeschaft. Deze autospuit, een kleine Laffy leverde 800 liter per minuut en had een vermogen van 22 pk. Ook werd er in de jaren twintig een Magirus autoladder aangeschaft en ook een materiaalwagen kwam de gelederen versterken.


Na de totstandkoming van de waterleiding werd eind 1924 de brandweer gereorganiseerd. In plaats van 240 vrijwilligers en 44 man van de gemeente kwamen er 71 vrijwilligers en 50 man van de gemeente. In 1943 werd in het hele land de brandweer gereorganiseerd (Besluit brandweerwezen). In de grote steden werd de vrijwillige brandweer afgeschaft en ondergebracht bij de politie. De brandweer werd een politiebrandweer. Dit was ook het geval in Dordrecht. De vrijwilligers werden naar het tweede plan verwezen en er werd een beroepsbrandweer ingesteld. De in 1943 opgerichte beroepsbrandweer werd gevestigd aan de Vest 58 ( voormalige huisvesting voor krankzinnigen). Het aantal beroepsbrandweermensen werd teruggebracht van 42 naar 12 man.

Na de oorlog werd door de Engelsen een zgn Bellewagen aan de Dordtse Brandweer geschonken. Voor en tijdens de oorlog was de Dordtse Brandweer goed van materiaal voorzien, Na de oorlog was het allemaal wat krapper. Zo krap zelfs dat men een autospuit, de Faun, met 80 cm verlengde. Ondanks de oorlog had het materiaal de oorlog goed overleefd.

1953 was ook voor Dordrecht een rampjaar. Delen van de stad stonden onder water. Werk aan de winkel dus voor de brandweer. Ook werd bijstand verleend aan buurgemeente 's-Gravendeel door de beroepsmensen. De vrijwilligers deden het leegpompwerk in Dordrecht.

In 1974 verhuisde de Brandweer van de Vest naar het Oranjepark. Het wagenpark was inmiddels dusdanig uitgebreid dat men aan de Vest uit de voegen barstte. De nieuwe locatie gaf voldoende ruimte voor al het materiaal. De Dordtse Brandweer had inmiddels 4 autospuiten, een autoladder van 30 meter, een hoogwerker met een maximale werkhoogtevan 22meter. In de jaren erna werd het voertuigpark verder uitgebreid. Zo kwam er een HV een waterongevallenwagen. Vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken werd een Schuim/Poederbluswagen in Dordrecht gestationeerd. Ook de regionale HV1 en de VC kwamen in Dordrecht te staan.

Inmiddels was Dordrecht centrumgemeente geworden van de Regionale Brandweer Zuidelijk Zuid Holland. Deze regio was ontstaan uit de regio Lek en Merwede, Dordrecht en de korpsen in de Hoekse Waard. Omdat Dordrecht centrumgemeente was en het einge beroepskorps was werd hier de regionale alarmcentrale gevestigd.

In 1982 kreeg Dordrecht weer een blusboot. De Zuid Holland werd door het Ministerie van Binnenlandse Zaken in Dordrecht gestationeerd. Het Dordtse korps zorgt voor de bemensing en het onderhoud aan de boot. De blusboot heeft een vermogen van 650 pk en een capaciteit van 15000 liter per minuut bij 15 bar.

Ook de kazerne aan het Oranjepark werd in de loop der jaren te klein. Zodoende werd er in 1992 een kantoorgedeelte ingebruik genomen. In deze nieuwbouw werd al het kantoorpersoneel ondergebracht. Ook de Regionale Alarmcentrale kwam in deze nieuwbouw. Het oude gedeelte van de kazerne werd fors verbouwd. De uitrukgarage werd 2x zo groot doordat de werkplaatsen in een eigen gebouw op het terrein werd geplaatst. De GGD verhuisde rond dezelfde tijd naar een nieuw pand aan de Korte Paralelweg. Een deel van het oude pand werd gesloopt en een ander deel werd door de Brandweer in gebruik genomen. Hierin zijn de sportzaal en de DoKA, een oefenruimte voor ademlucht, ondergebracht.

Maar ook al deze ruimte werd te klein voor het steeds maar groeiende personeelsbestand en de groeiende taken. In 2002 werd een nieuwe uitbreiding in gebruik genomen. In deze POP (poot op palen) is ondermeer de ruimte voor het ROT, het regionaal operationeel team, ondergebracht.

Ondertussen is de kantoorruimte weer aan de krappe kant. Inmiddels is er een PortaCabin op het terrein geplaatst. Het wachten is op de 2e post die gebouwd gaat worden bij het Gezondheidspark tegenover het Albert Schweitzer Ziekenhuis locatie Dordtwijk. Hier zal een deel van het kantoorpersoneel naar toe verhuizen. 

In 2006 is het nieuwe regionale oefenterrein in gebruik genomen. Dit oefenterrein ligt op industrieterrein Dordtse Kil III. Hier kunnen alle facetten van de brandweer hulpverlening beoefend worden. Op het terrein staat een kantoorpand. Hier naar toe zijn sinds juli 2006 de Afd opleidingen van de regionale brandweer en de HBHB verhuisd. In 2007 is de HBHB opgeheven en bleef alleen de afd opleidingen samen met het Safety Center achter aan de Spinel. 

De brandweer van Dordrecht is sinds 1 april 2007 onderdeel van de regionale brandweer en sinds 1 januari 2010 onderdeel van de Veiligheidsregio Zuid Holland Zuid. Het personeel kwam dus in dienst van de regio. Binnen de brandweer vond een reorganisatie plaats waarbij er afdelingen verhuisden naar het regiokantoor aan de Noordendijk. De afdeling preventie en de afdeling financiën verhuisden naar de Noordendijk. De brandweer DVO (Dienst Verlenings Overeenkomst) Dordrecht kreeg een nieuwe commandant brandweerzorg. De 'oude' commandant werd, naast regionaal commandant, ook directeur Veiligheidsregio. 

In Juni 2008 wordt er door de gemeenteraad van Dordrecht 16 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de bouw van de tweede post bij het Leerpark in Dordrecht. Naar deze locatie zal een deel van het materieel verhuizen. De 3 ploegen zullen in tweeën gedeeld worden en verdeeld worden over de beide posten. Op de post aan het Leerpark komen o.a. de duikers. Verder zal de werkplaats verhuizen naar het Leerpark. Op deze locatie komt ook het materiaal van de GHOR.

In januari 2009 zijn de 3 ploegen opnieuw ingedeeld en werd ook gelijk ingedeeld in 6 ploegen. 3 voor de post Centrum en 3 voor de post Zuid. Totdat de nieuwe post gereed is zullen 2 ploegen tegelijk dienst draaien in de post Centrum. Dit is gedaan om de ploegen en hun chefs te kunnen laten wennen aan de nieuwe indeling en kunnen klein tekortkomingen nog vroegtijdig opgelost worden zodat, als de nieuwe post klaar is men gelijk in de nieuwe samenstelling kan gaan werken en er dan weinig tot geen problemen meer zullen zijn in de ploegsamenstellingen.

Vanaf eind januari 2011 rukt men uit vanuit de kazerne Oranjepark volgens het 2 posten model. Dat wil zeggen dat de voertuigen zijn verdeeld over de twee posten en dat iedere post zijn eigen inzet gebied heeft en dat men ook uitrukt naar het eigen gebied. Er is dus geen sprake meer van een 1e en 2e TS.

Sinds 2011 is de brandweer gevestigd op twee locaties, te weten het Oranjepark en het Leerpark. Op het Oranjepark zijn overdag (minimaal) 6 personen aanwezig in de uitrukdienst en op het Leerpark acht personen in de uitrukdienst. Op het Leerpark is tevens het kantoorgedeelte gevestigd en de centrale werkplaats van de regionale brandweer.

Door de regionalisering, de uitbreiding van de taken en de vorming van de Veiligheidsregio werd ook de kantoorruimte aan het Oranjpark te klein. In 2012 werd er daarom een nieuw kantoorpand gebouwd aan de Romboutslaan achter de post Leerpark. Alle regionale afdelingen, de actiecentra van de 3 diciplines en de ruimte voor het ROT verhuisden naar dit nieuwe kantoorpand, waarin ook de ambulancedienst zit. Oude tijden herleven.... De afdeling opleidingen is na een tussentijdse verhuizing naar het Oranjepark ook verhuisd, maar zij zitten in de post Leerpark. Al met al was dat een flinke operatie met als gevolg dat er in het grote pand aan het Oranjepark alleen een uitrukdienst van minimaal 6 mensen, een oefencoördinator en een kazernechef zijn achter gebelven. Oh ja, op de 2e etage zit nu nog de GMC,het Service Center van de politie en het bijbehorende kantoorpersoneel, maar voor hoelang???

De nieuw te vormen brandweerregio bestaat sinds 1 januari 2013 uit een centrale organisatie (Directie Brandweer Zuid Holland Zuid) en 7 clusters waarvan Dordrecht er één is. De brandweer van Dordrecht bestaat uit 88 personen in beroepsdienst en 25 vrijwillige brandweerlieden. Vanaf 1 juli 2013 wordt er verder gereorganiseerd en wordt het aantal clusters teruggebracht van 7 naar 3. Dit houdt in dat het cluster Dordrecht samen wordt gevoegd met het cluster Zwijndrechtse Waard.


Bronnen: De brandweer in en om Dordrecht door M.E. van Rijn, Uitgave Gem. Brandweer Dordrecht en het huisarchief van de
brandweer Dordrecht.